Toelichting mutaties
Toelichting A: Mutaties eerdere P&C producten
A1 Het begrotingssaldo is het tekort of het overschot in de begroting in een bepaald jaar. Bijvoorbeeld in de afgelopen jaren is er gemuteerd in de jaarschijf 2021 met als resultaat dat er na de Kadernota 2021 een positief begrotingssaldo in 2021 van € 12,6 mln is.
Het begrotingssaldo is het overschot of het tekort op de begroting in een bepaald jaar. Deze overschotten of tekorten worden verrekend met de algemene reserve. Het meerjarig begrotingssaldo geeft aan of er op de lange termijn sprake is van een reëel en structureel begrotingsevenwicht. Het begrotingssaldo mag tijdelijk negatief staan, dit tekort op het begrotingssaldo wordt dan gedekt uit de vrije ruimte van algemene reserve. Dit kan zolang er vrije ruimte is.
Toelichting B: Ontwikkelingen binnen de ambities
Ambitie 1 Samenwerken aan Zuid-Holland
B1 Doorgeschoven prestaties (doorwerking najaarsnota)
In het jaar 2020 worden diverse prestaties doorgeschoven naar 2021 in verband met de maatregelen omtrent de coronacrisis. Hieronder vallen het Festival van de Toekomst en de Viering 75 jaar vrijheid. Het WOB budget en de monitoringsbudget stikstof worden ook deels doorgeschoven naar 2020. De toelichting hierop staat beschreven in de 3e w-vraag van de ambitie.
B2 Vrijval Borging BMO (doorwerking najaarsnota)
Deze middelen zijn bestemd voor het programma Kennis Zuid-Holland. De bestaande budgetten voor met name de Toekomstagenda, volstaan om dit jaar de kosten hiervoor af te dekken. Het budget voor de strategische kennisfunctie binnen Ambitie 1 is vooral vanaf 2021 nodig. Derhalve kan een groot deel van dit budget in 2020 vrijvallen ten gunste van de algemene middelen.
B3 Programma Stikstof
Provincies zijn verantwoordelijk voor de bescherming van de Natura 2000-gebieden binnen hun grenzen. Door een teveel aan stikstofdepositie op verschillende Natura 2000-gebieden in Nederland is het echter onmogelijk om een gunstige instandhoudingsstaat te verwezenlijken. In de provincie Zuid-Holland gaat het om twaalf stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden. Met de uitspraak van de Raad van State over het Programma Aanpak Stikstof (PAS) van 29 mei 2019 is de vergunningverlening voor activiteiten die stikstofdepositie veroorzaken grotendeels stil komen te liggen. Op 10 december 2019 hebben Gedeputeerde Staten het plan van aanpak voor het programma stikstof vastgesteld (‘Naar een gebiedsgerichte aanpak Natura 2000/stikstof’ ). In 2020 is gewerkt aan de verdere uitvoering van dit plan van aanpak, dat zijn vervolg krijgt in de aanpak in 2021. Het gaat daarbij in 2021 om:
- Afronding van de Natuurdoelanalyses. De analyses worden in de eerste helft van 2021 afgerond. Deze analyses zijn input voor afspraken met het Rijk over het gezamenlijke Programma Natuur, voor de gebiedsgerichte aanpak rondom de Natura 2000-gebieden voor de herziening van de Natura 2000-beheerplannen.
- In de gebiedsgerichte aanpak maken van afspraken en uitvoeren van bronmaatregelen en natuurherstelmaatregelen.
- Nadere afspraken maken over bronmaatregelen om stikstofemissie en -depositie te verminderen. In 2021 gaan we de strategie voor de bronnenaanpak verder uitwerken door nadere afspraken te maken voor de transitie van de haven en de transitie van de landbouw.
- Vervolg geven aan algemene afspraken met het Rijk en andere provincies over maatregelen in het kader van het stikstofdossier.
B4 Versterken financieel toezicht
Op dit moment ontwikkelt de financiële positie van gemeenten zich negatief. Dit komt voornamelijk door de korting die het Rijk heeft toegepast bij de decentralisatie van het sociaal domein, het door het Rijk ingevoerde ‘abonnementstarief WMO’, de door het Rijk ingevoerde ‘opschalingskorting’ en – meer recent – de coronacrisis. Hierdoor zetten we ons extra in, bijvoorbeeld om gemeenten van advies te voorzien. Ook is het lastiger om voorgenomen bezuinigingen (en daarmee de realiteit van de begrotingen) te beoordelen. Verder is aan alle gemeenten aangeboden om begrotingsscans uit te voeren, zodat zij een beter inzicht krijgen in de ‘knoppen waaraan ze kunnen draaien’. Omdat dit het inzicht bij gemeenten in hun financiële mogelijkheden vergroot (en dus erger voorkomen wordt), stellen we voor om hiermee door te gaan.
Op het moment hebben we 1 gemeente (Vlaardingen) onder preventief (verscherpt) toezicht. Omdat elk besluit met financiële consequenties moet worden beoordeeld, kost dit veel arbeidscapaciteit. We verwachten dat komend jaar het aantal gemeenten dat onder preventief toezicht moet worden gesteld, groter zal zijn dan afgelopen jaar. Drie gemeenten zijn voornemens te gaan fuseren (Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne). Naar verwachting komen deze drie gemeenten per december 2020 onder preventief toezicht vanwege de ARHI procedure. De toegenomen werkzaamheden vragen om (tijdelijke) uitbreiding van de arbeidscapaciteit, zodat we onze gemeenten proactief kunnen blijven steunen. Zodra de gemeentefinanciën in rustiger vaarwater komen, kan deze extra arbeidscapaciteit weer komen te vervallen.
Ambitie 2 Bereikbaar Zuid-Holland
B5 PZI (doorwerking najaarsnota)
Dit betreft de versnelde afschrijving van een aantal steunpunten en afgesloten projecten welke van investering naar exploitatie geboekt moeten worden. De gedetailleerde toelichting hierop staat beschreven in de 3e w-vraag van de ambitie.
B6 Aanschaf en exploitatie waterstofbussen (doorwerking najaarsnota)
Ten behoeve van de aanleg van een waterstoftankstation is grond aangekocht. Ter dekking van deze investeringsuitgave valt € 1,2 mln uit de reserve vrij ten gunste van de algemene middelen.
B7 Vrijval Vredenburghlaan voor dekking kapitaallasten
Een bijdrage uit de reserve mag niet direct ten gunste van het investeringsproject worden geboekt, daarom valt de reservering in de reserve vrij aan de algemene middelen ter dekking van de kapitaallasten.
Omdat dit een mutatie tussen een bestemmingsreserve en de algemene reserve is komt deze mutatie niet terug binnen de raming van lasten en baten in de ambitie. Voor verdere toelichting zie bijlageboek reserve Bereikbaarheid.
B8 St. Sebastiaansbrug
Het tweejarige onderhoud voor de St. Sebastiaansbrug komt in uitvoering als een exploitatieproject, waar het tot nu toe opgenomen was als een investeringsproject. De kapitaallasten worden ingezet als dekking in de exploitatie en vooralsnog opgenomen in de Egalisatiereserve beheer en onderhoud. Omdat dit een mutatie tussen een bestemmingsreserve en de algemene reserve is komt deze mutatie niet terug binnen de raming van lasten en baten in de ambitie. Voor verdere toelichting zie bijlageboek reserve Bereikbaarheid.
B9 Diverse correcties Bereikbaarheid
Dit betreft een technische correctie in de jaarschijf 2023 voor de waterstofbussen ten opzichte van mutatie B6.
B10 Digitaal systeem PZH omgevingsbeleid (ontwikkeling/beheer)
Door expliciet beleid te ontwikkelen voor een veilige en gezonde fysieke leefomgeving in relatie tot een goede omgevingskwaliteit geeft de provincie invulling aan de beoogde maatschappelijke doelen van de wet. Hiervoor wordt onder andere een digitaal systeem ontwikkeld dat na de invoering van de Omgevingswet ook onderhouden moet worden. De mutatie in de meerjarenbegroting is enerzijds nodig voor de incidentele doorontwikkeling van het systeem en anderzijds voor het structurele beheer ervan .
Ambitie 3 Schone energie voor iedereen
B11 Doorgeschoven prestaties (doorwerking najaarsnota)
De gedetailleerde toelichting hierop staat beschreven in de 3e w-vraag van de ambitie.
B12 Stoompijp Botlek (doorwerking najaarsnota)
De procedure om de bijdrage te doen loopt, maar vanwege lopende procedure – o.a. staatssteuntoets –zal dit jaar niet meer beschikt worden.
Ambitie 4 Een concurrerend Zuid-Holland
B13 Doorgeschoven prestaties (doorwerking najaarsnota)
De gedetailleerde toelichting hierop staat beschreven in de 3e w-vraag van de ambitie.
B14 Vrijval CVT Restauratie subsidies (doorwerking najaarsnota)
Bij de vaststellingen van restauraties subsidies is een deel vrijgevallen. Dit deel wordt nu geraamd en teruggeven aan de financiële ruimte.
B15 PS-Motie M929 Ondersteuning cultuursector (doorwerking najaarsnota)
Provinciale Staten, in vergadering bijeen op 1 juli 2020, hebben Motie M929 aangenomen inhoudende:
- Op zo kort mogelijke termijn een regeling te treffen om culturele instellingen in Zuid-Holland te helpen de coronacrisis te overleven.
- Om hiervoor een budget beschikbaar te stellen van € 3 mln, te financieren uit de algemene reserve et cetera (zie motie 929 ).
- Conform toezegging gedeputeerde W. de Zoete expliciet opnemen dat de € 3 mln ten koste gaat van het potje van ongeveer € 6 mln dat nog in de algemene reserve aanwezig was voor het archeologisch depot.
B16 Human Capital subsidieregeling tegemoetkoming loonkosten onlangs gediplomeerden Zuid-Holland
Door de coronacrisis is het voor pas afgestudeerden of schoolverlaters extra lastig om de eerste ervaring op de arbeidsmarkt op te doen. Via dit project wordt aan werkgevers korting gegeven op de salariskosten voor een eerste jaar ervaring in specifieke branches, zoals bijvoorbeeld de branche Digitalisering / IT. In 2021 wordt € 1,5 mln beschikbaar gesteld.
B17 Erfgoed en Cultuurparticipatie
Het nog niet eerder ingezette deel van de coalitiemiddelen voor Erfgoed en Cultuurparticipatie ad € 3,2 mln wordt toegevoegd aan beleidsdoel 4.3. Voor 2021 t/m 2023 betreft dat jaarlijks € 0,75 mln, waarvan € 0,25 mln voor erfgoed en toerisme, € 0,2 mln voor archeologie (depot) en € 0,3 mln voor cultuurparticipatie. In 2023 komt daar nog € 1 mln bij voor archeologie (depot)
B18 Haven Industrieel Complex
Vanuit de rol die de provincie heeft bij het Haven Industrieel Complex worden initiatieven uit het veld beoordeeld om noodzakelijke modernisering en circulariteit te bereiken. Voorgesteld wordt om voor 2021 de geselecteerde initiatieven die het meest aansluiten bij de eigen doelstellingen van de provincie te ondersteunen met € 0,45 mln.
Dekking ten laste van de Algemene reserve.
B19 Greenports
Als gevolg van een gewijzigde planning en fasering van de uitgaven Greenports wordt € 0,5 mln verplaatst van het jaar 2021 naar het jaar 2023.
B20 Doorgeschoven prestaties Leerpark Drechtsteden
Voor het onderwerp Leerpark Drechtsteden is eerder € 3 mln vrijgemaakt. Nadere uitwerking van de onderliggende plannen leidt ertoe dat de subsidieperiode 5 jaar zal duren in plaats van de eerder opgenomen 10 jaar.
B21 Circulaire Economie
Uitbreiding arbeidscapaciteit voor 2021.
Ambitie 5 Versterken natuur in Zuid-Holland
B22 Doorgeschoven prestaties (doorwerking najaarsnota)
De gedetailleerde toelichting hierop staat beschreven in de 3e w-vraag van de ambitie.
B23 SNL Natuurbeheer en SKNL
Wijziging in het kasritme van de subsidieregeling voor het SNL natuurbeheer.
Ambitie 6 Sterke steden en dorpen in Zuid-Holland
B24 Versnelling woningbouw (doorwerking najaarsnota)
Door de huidige aanpak om het budget in te zetten is het lastig in te schatten wat exact doorschuift naar 2021. Er gaan veel en langdurige gesprekken aan vooraf. Dit zijn lange trajecten met gemeenten. Het volledige budget voor 2020 wordt verschoven naar 2023. Op bestuurlijk niveau wordt nagedacht over andere manieren van inzet van het budget.
B25 Sociale woningbouw (doorwerking najaarsnota)
Het volledige budget van 2020 wordt doorgeschoven naar later. Uit dit budget worden mogelijk twee trajecten gefinancierd gelijkwaardig aan de opzet van de financiële ondersteuning aan regio Rotterdam Zuid (Subsidieregeling spreiding sociale woningbouw Rotterdam Zuid). Momenteel vinden de gesprekken met regio Haaglanden plaats voor een soortgelijke opzet. De verwachting is om in Q3 2020 tot een afronding te komen en er een regeling wordt opgezet. Verwachting is dat de besteding op zijn vroegst pas begin 2021 plaatsvindt. Een andere regio, Holland Rijnland, is tot op heden nog niet zover in het proces zoals regio Haaglanden.
B26 NPRZ subsidieregeling (doorwerking najaarsnota)
Betreft de NPRZ (Nationaal Programma Rotterdam Zuid) regio Rotterdam subsidieregeling. De regeling wordt ingekort.
B27 Doorgeschoven prestaties (doorwerking najaarsnota)
De gedetailleerde toelichting hierop staat beschreven in de 3e w-vraag van de ambitie.
B28 Bijdrage aan Grondbank verlagen
Deze wijziging betreft een bijstelling van budget.
Op basis van de vastgestelde meerjarenbegroting van de Grondbank RGZ Zuidplas is de deelnemersbijdrage verlaagd voor de jaren 2021 en 2022.
B29 Vertraging implementatie Omgevingswet
Het herhaaldelijke uitstel van de invoering van de Omgevingswet heeft ervoor gezorgd dat de doorlooptijd van het project steeds is opgerekt. De looptijdverlenging is steeds opgevangen binnen de hiervoor beschikbaar gestelde middelen. Inmiddels is de invoering van de wet weer een jaar uitgesteld en is de verwachting dat dit niet meer binnen de beschikbare reserve opgevangen kan worden. Met deze aanvullende incidentele bijdrage kan de implementatie van de Omgevingswet en beleid conform invoeringsplan worden afgerond.
B30 Provinciale bijdrage Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)
In het financieel akkoord tussen Rijk, IPO, de VNG en de UvW dat op 25 mei 2016 is vastgesteld zijn de financiële consequenties tot invoering van de Omgevingswet vastgelegd en zijn afspraken gemaakt over de toerekening van de structurele uitvoeringskosten. De mutatie in de meerjarenbegroting betreft de verwachte en verplichte bijdrage van de provincie aan de structurele kosten van de landelijke voorziening in de vorm van het informatiepunt en het digitale stelsel.
Ambitie 7 Gezond en veilig Zuid-Holland
B31 Rijksbijdrage VONDST (doorwerking najaarsnota)
Met de Meiciculaire provinciefonds 2020 is een bijdrage in het kader van de Erfgoed Deal ontvangen. De Erfgoed Deal vloeit voort uit de beleidsbrief Erfgoed Telt, waarin het kabinet de ambitie uitspreekt het belang van erfgoed te versterken. De projecten in het kader van de Erfgoed Deal beogen te laten zien hoe erfgoed kan bijdragen aan actuele ruimtelijke ontwikkelingen zoals de energietransitie, klimaatadaptatie, stedelijke groei en krimp.
B32 Doorgeschoven prestaties (doorwerking najaarsnota)
De gedetailleerde toelichting hierop staat beschreven in de 3e w-vraag van de ambitie.
B33 IJsselmonde bijstelling planning
Correctie op doorgeschoven prestatie in de Najaarsnota 2020.
Ambitie 8 Bedrijfsvoering - Financiën en Organisatie
B34 Doorgeschoven prestaties (doorwerking najaarsnota)
In het jaar 2020 worden diverse prestaties doorgeschoven naar 2021. Dit betreft onder andere de asbestsanering van gebouw C en het traineeprogramma wat niet kon starten door de coronacrisis. De asbestsanering van gebouw C wordt in twee volgtijdelijke delen uitgevoerd. Allereerst worden de binnen en buitenzijde van gebouw C aangepakt. De binnenzijde wordt asbestvrij gemaakt en de buitenzijde wordt asbestveilig gemaakt. Aansluitend worden verwijderde onderdelen van gebouw C opnieuw gerealiseerd (bijv. een nieuw dak). Het eerste deel zal medio oktober 2020 gereed zijn. Het tweede deel is naar verwachting in het eerste kwartaal van 2021 gereed. De factuur voor het tweede deel zullen we in 2021 ontvangen. De gedetailleerde toelichting hierop staat beschreven in de paragraaf Bedrijfsvoering.
B35 Minder activering loon I&A (doorwerking najaarsnota)
Volgens de financiële regelgeving (BBV) worden de loonkosten van interne medewerkers die aan investeringsprojecten werken geactiveerd. Het huidige beeld is dat de inzet van interne medewerkers op de investeringen achterblijft bij de begroting als gevolg van hun inzet op beheer. Dit komt onder meer door de transitie naar het datagedreven werken en de toenemende digitalisering bij de provincie. Beide vragen leiden tot meer beheer. Dit betreft overigens niet uitsluitend de applicaties, gebruikersplatforms en het databeheer, maar is o.a. ook het gevolg van toenemende regelgeving op het gebied van privacy en archivering. Vanwege die verschoven tijdsinzet worden de te activeren loonkosten verlaagd. Dit vertaalt zich op twee manieren: hogere lasten € 2 mln (exploitatie) en een lager investeringskrediet € 2 mln (zie Bijlage 4 -Investeringsbudgetten). De verlaging van het investeringskrediet zal vanaf 2021 leiden tot lagere kapitaallasten voor de provincie.
B36 I&A - Extra kosten coronamaatregelen (doorwerking najaarsnota)
Op ICT-gebied worden in 2020 extra kosten gemaakt als gevolg van corona die niet met de huidige budgetten kunnen worden opgevangen. Het gaat hierbij om de inzet van extra personeel en aanvullende activiteiten op het gebied van informatieveiligheid door de veranderde werksituatie.
B37 Transitie opgave digitalisering
De provincie is in transitie naar het datagedreven werken en heeft hierop een voorloperspositie. We benutten deze positie om onze beleidsdoelen efficiënter en effectiever te realiseren. We streven ernaar dat dit integraal onderdeel wordt van de ambitieopgaven en we faciliteren het opgavegericht werken door een betere en hoogwaardigere informatievoorziening. Geconstateerd wordt een groei van opdrachten uit de ambitieopgaven. Het bedrag van € 1 mln wordt benut om opdrachten uit te voeren en om deze structurele verandering in onze manier van werken door te zetten en te integreren in ons primair proces.
B38 I&A Middelen toegenomen gebruik systemen
Door de verdergaande digitalisering van de organisatie is er een toename van het gebruik van applicaties en een toename van het aantal applicaties. Deze toename leidt tot extra kosten door de groeiende beheercapaciteit, meer kosten voor vervanging en extra kosten, bijvoorbeeld doordat er extra licenties moeten worden afgenomen. Het bedrag wordt o.a. gebruikt om toegenomen beheerlasten op te vangen die het gevolg zijn van de verbeterslag van het HRM-systeem, het nieuwe inkoopsysteem, datagedreven werken en de doorontwikkeling van de financiële - en GEO producten.
Toelichting C: Algemene middelen
Algemene middelen
Autonome ontwikkelingen
C1 Ontwikkelingen provinciefonds: Algemene uitkering (doorwerking najaarsnota)
De ontwikkeling van het accres van de algemene uitkering uit het provinciefonds is in deze kadernota op PM gezet. In het bestuurlijk overleg tussen het Rijk en de decentrale overheden is door het Rijk het voorstel gedaan om het accres inclusief volume- en loonprijs-ontwikkelingen te bevriezen voor de jaren 2020 en 2021. De wijzigingen in deze jaren ten opzichte van de huidige begrote opbrengsten zijn in dat geval minimaal. Voor de jaren 2022 en verder is de onzekerheid over de (financiele) gevolgen van de coronacrisis op het provinciefonds nog te groot.
C2 Structureel effect Vijfheerenlanden (doorwerking najaarsnota)
In verband met de overgang van de gemeente Vijfheerenlanden van de provincie Zuid-Holland naar de provincie Utrecht is de uitkering in het provinciefonds aangepast in 2020. Omdat deze uitkering gebaseerd wordt op een opcentenpercentage van 67, en ons opcententarief 90,4 is, ontstaat er bij de provincie Zuid-Holland een structureel nadeel van € 1,5 mln. Deze is structureel gedekt uit de financiële ruimte.
C3 Ontwikkelingen provinciefonds: AU septembercirculaire
De septembercirculaire kent geen wijzigingen ten opzichte van de meicirculaire.
In overleg met de VNG en het IPO is besloten om het accres zoals gepresenteerd in de Voorjaarsnota 2020 te bevriezen voor de jaren 2020 en 2021. Het nieuwe kabinet zal dan met daadwerkelijke wijzigingen komen. De wijzigingen in 2020 en 2021 ten opzichte van de huidige begrote opbrengsten zijn in dat geval minimaal. Voor de jaren 2022 en verder is de onzekerheid over de (financiele) gevolgen van de coronacrisis op het provinciefonds groot.
C4 Ontwikkelingen volume motorrijtuigenbelasting
De nieuwe opgave van de belastingdienst gaf geen reden tot bijstelling ten opzichte van de kadernota.
Resterende ontwikkelingen
C5 Wijziging financiële vergoeding fractieondersteuning (doorwerking najaarsnota)
In de PS-vergadering van december 2019 is besloten de financiële vergoeding aangaande fractieondersteuning te wijzigen. De vergoeding wordt structureel met € 0,2 mln verhoogd naar € 0,685 mln.
C6 en C7 Hebben alleen betrekking op 2020 (doorwerking najaarsnota)
C8 Mutatie stelpost loon en prijscompensatie
Op basis van de loonindex in de septembercirculaire is een stelpost loonindexatie gevormd. Afhankelijk van de effecten van een nieuwe CAO zal deze stelpost ter dekking worden aangesproken. Deze stelpost is nodig om in de meerjarige ontwikkeling van het begrotingssaldo ook de mogelijke ontwikkelingen van de CAO’s mee te nemen.
C9a/b Kapitaallasten
Kapitaallasten: Afschrijvingslasten
Door verschuiving van de investeringen in de tijd wijzigen ook de afschrijvingen. Dit levert over de periode 2021-2023 een incidenteel voordeel op.
Kapitaallasten: Rente
De begrote rentelasten vallen lager uit ten opzichte van de stand van de kadernota. Dit voordeel wordt veroorzaakt door verschuivingen van investeringen en veranderingen van de reservepositie en de aanpassing van de toekomstige rentetarieven. Op basis van het rentepercentage van de laatst aangetrokken lening, de huidige rentecurve en de verwachtingen in de macro-economische verkenningen van het CPB zijn de gemiddelde rentepercentages in deze begroting meerjarig naar beneden aangepast met 0,7% ten opzichte van de kadernota.
In deze meerjarenbegroting is rekening gehouden met een gemiddeld rentepercentage voor nieuwe leningen in het jaar 2021 van 0,8% en in de jaren daarna stijgt het verwachte rentepercentage met 0,2% per jaar. Dit neemt niet weg dat de provincie een renterisico loopt als de werkelijke rentetarieven tegen de verwachting in sterker stijgen dan de tarieven in deze begroting.
C 10a/b/c Toelichting vrijval reserves naar financiële ruimte
De volgende reserves worden opgeheven omdat de middelen niet langer nodig zijn voor realisatie van het doel of het doel inmiddels is gerealiseerd. Het saldo van de reserve vrij valt in de financiële ruimte:
Apparaatslasten DLG | € 0,17 mln |
---|---|
Greendeal Zonnepanelen-Asbest | € 0,12 mln |
Zuidelijke Randstad | € 0,07 mln (deels inzet 2021) |
IRP Goeree-Overflakkee | € 0,02 mln |
Totaal | € 0,37 mln |
De volgende reserves worden opgeheven waarvan het restantsaldo van de reserve na 2021 wordt ingezet in de jaren waarvan het de verwachting is dat de middelen nodig zijn om het doel te realiseren:
Mitigatie Energie | € 1 mln |
---|---|
Bedrijventerreinen: IRP Oude Rijnzone | € 0,44 mln |
Alternatieve locatie Hoeksche Waard | € 0,09 mln |
Jonge ambtenaren | € 0,2 mln (deels inzet 2021) |
Vitaliteit | € 0,09 mln (deels inzet 2021) |
Bedrijventerreinen | € 2,67 mln (deels inzet 2021) |
Natuurcompensatie | € 0,22 mln (deels inzet 2021) |
Luchtkwaliteit NSL | € 0,9 mln (deels inzet 2021) |
Totaal | € 5,61 mln |
De volgende reserves worden opgeheven en het saldo van de reserve wordt ingezet in 2021 om het doel te realiseren:
- Frictiekosten RUD
- Duurzame exploitatie energiepotentieel Zuidplas
- Milieuaspecten omgevingsbeleid
- Implementatie Omgevingswet
- Decentralisatieakkoord natuur
- Verduurzaming industrie
- Vlietland
- Energietransitie gebouwde omgeving en glastuinbouw
C11 Vrijval OVP Leren duurzame ontwikkeling
De gelden in de OVP worden niet meer gebruikt en er bestaat geen terugbetalingsverplichting. Zodoende kunnen de middelen vrijvallen.