Om de beleidsdoelen voor de ambitie te halen, hebben we elk beleidsdoel vertaald in een aantal beleidsprestaties. Die staan hieronder beschreven.
Beleidsdoel 6-1 Voldoende juiste woningen op de juiste plek
Beleidsprestatie 6-1-1 Versnelling Woningbouw
Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
Om een versnelling van betaalbare en passende woningbouw en een balans tussen wonen en werken te realiseren, continueren we onze inzet en zetten we extra accenten:
- Realisatie van binnenstedelijke woningbouwlocaties versnellen met een groot aandeel betaalbare woningbouw binnen bestaand stads- en dorpsgebied en nabij hoogwaardig openbaar vervoer gepland tot 2025, onder meer door inzet van de knelpuntenpot, de Vliegende Brigade en aanpalende ontwikkelingen zoals de invulling van de woningbouwimpuls van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Ook continueren we onze inzet voor de start van de gebiedsontwikkelingen Projectlocatie Valkenburg en Middengebied Zuidplaspolder. Richting Rijk blijven we aandacht vragen voor de versnelde inzet van de middelen van de Woningbouwimpuls zodat meer projecten kunnen starten met de realisatie. Vanuit de provinciale knelpuntenpot zetten we in op extra aandacht op versnelling van woningbouw in de segmenten middenhuur (huur 710-1.000 euro per maand) en goedkope koopwoningen.
- Plancapaciteit vergroten op de juiste plekken door deze op te nemen in de regionale woningbouwprogramma’s.
- Harde plancapaciteit aan betaalbare woningbouw binnen de geplande binnenstedelijke gebiedsontwikkelingen vergroten door de inzet van de versnellingsaanpak locaties door te zetten. In deze gebiedsontwikkelingen spelen vaak vraagstukken rond verdichting en transformatie van verouderde bedrijventerreinen, leegstaande kantoren en winkels naar woningen. Waar tegengestelde provinciale belangen spelen zullen we hierover een knoop doorhakken.
- Inzichten uit het traject stimuleren van bouwinnovatie delen(o.a. prefab bouwen en circulair bouwen).
- Betere samenwerking tussen overheid en markt blijven stimuleren en personeelstekort in de bouwsector aanpakken.
- Pilotlocaties starten waarin het nieuw instrumentarium van woon-werkakkoorden wordt toegepast.
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Om projecten met een groot aandeel betaalbare woningbouw te versnellen, werken we binnen het zogenoemde Uitvoeringsprogramma Versnellen Woningbouw met vijf instrumenten:
1. Vliegende Brigade:
De Vliegende Brigade helpt gemeenten en andere organisaties woningbouw en binnenstedelijke ontwikkelingsprojecten te versnellen. Dit doet zij door snel en gericht menskracht te leveren voor concrete knelpunten in projecten. Deze menskracht bestaat voornamelijk uit extern ingehuurde expertise, waarbij maatwerk de sleutel is tot succes. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een ervaren gebiedsontwikkelaar, planeconoom of procesmanager met vastgoedkennis.
Gemeenten en andere partijen die actief zijn in het stedelijk gebied kunnen een aanvraag voor ondersteuning bij de Vliegende Brigade indienen. De provincie bemiddelt tussen vraag van gemeente en pool van externe experts en bureaus. Cofinanciering door provincie (in principe 50%, maar tijdelijk vanwege coronaaanpak 75%).
De uitvraag en het gezamenlijk opdrachtgeverschap voor het project wordt gedaan door de provincie Zuid-Holland en de betreffende gemeente.
Voorbeelden: Gouda-Spoorzone (opstellen gebiedsvisie), Zoetermeer-Binnenstad (transformatie naar wonen).
2. Knelpuntenpot:
Voor woningbouwprojecten met een financieel nog onrendabel deel waarbij provincie het laatste financiële ‘duwtje’ kan geven. In 2021 extra aandacht voor projecten met een groot aandeel middenhuur of goedkope koop. De knelpuntenpot kan ook worden gebruikt voor andere maatregelen om woningbouw te versnellen, zoals versnelling van de vergunningsprocedure.
Voorbeeld: Spijkenisse-Kolkplein (transformatie winkels naar wonen).
3. Versnellen van locaties:
Het gaat om grotere gebiedsontwikkelingen waarin verschillende (soms tegengestelde) provinciale belangen spelen. Het zijn altijd uitdagende locaties met woningbouw in relatie tot transformatie leegstand, mengen wonen en werken, bereikbaarheid, klimaat of energie. De provincie werkt met een versnellingsaanpak om gericht doorbraken te bereiken: één projectleider is aanspreekpunt voor zowel gemeente als provincie. De provincie werkt gericht naar mijlpalen om een project uit te voeren. Het instrument woon-werkakkoord kan verschillende provinciale belangen borgen. Voorbeelden: Delft-Schieoevers (transformatie bedrijventerrein naar gemengd wonen/werken), Capelle-Nieuw Rivium (transformatie kantorengebied naar gemengd wonen/werken), Barendrecht-Stationstuinen (verdichtingslocatie nabij station voor wonen, werken en leren). We werken verder met onze partners in de Woondeal, de Verstedelijksalliantie en de Woningbouwimpuls aan versnelling van woningbouw.
4. Versnellen binnen de bouwketen:
Gericht op faciliteren die verschillende stakeholders in de bouwketen bij elkaar brengt om woningbouwproductie en gebiedsontwikkeling te versnellen. Inzichten passen we toe op concrete locaties. Voorbeelden: opschaling van industriële woningbouw, vergunningverlening omgevingsdienst.
5. Woningbouwprogrammering
In het jaarlijks te actualiseren woningbouwprogramma geeft een regio aan welke plannen de komende periode worden uitgevoerd om de gewenste woningvoorraadtoename te behalen.
Beleidsprestatie 6-1-2 Betaalbare woningvoorraad op peil
Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
De provincie ziet er samen met gemeenten, woningbouwcorporaties en marktpartijen op toe dat er voldoende passende woningen zijn voor verschillende doelgroepen. Daarvoor doet de provincie het volgende:
- Om voldoende sociale woningbouw te realiseren is er kennisuitwisseling en lobby met gemeenten en corporaties en gebruiken we het subsidie-instrument. Voor de Rotterdamse regio is voor de periode 2020 -2023 in totaal € 5 mln beschikbaar voor stimulering van een meer evenwichtige verdeling van de sociale woningvoorraad over de regiogemeenten.
- Voor de regio’s Haaglanden en Holland-Rijnland werken we aan een subsidieregeling voor realisatie van sociale huurwoningen. De planning is erop gericht om deze subsidieregelingen begin 2021 operationeel te hebben en afhankelijk van de afspraken met de regio's worden wellicht in de loop van 2021 de financiële middelen uit 2022 en 2023 naar voren gehaald.
- De provincie faciliteert ook het overleg en onderzoek naar overname van Vestia-woningbezit door collega-woningcorporaties en voert een lobby richting het Rijk voor dit vraagstuk.
Beleidsdoel 6-2 Vitaliteit en kwaliteit in de leefomgeving
Beleidsprestatie 6-2-1 Versterken (ruimtelijke) kwaliteit en vitaliteit
Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
In het eerste kwartaal van 2021 wordt de herijking van het ruimtelijk kwaliteitsbeleid afgerond en wordt dit opgenomen in het omgevingsbeleid (het streven is om het aangepaste omgevingsbeleid voor de zomer van 2021 door PS te laten vaststellen). De provincie heeft verschillende rollen in behoud en versterking van de (ruimtelijke) kwaliteit en vitaliteit: zowel agenderend en initiërend als kaderstellend en beoordelend. De provincie gaat de volgende maatregelen nemen om de kwaliteit van de ruimte en vitaliteit van de leefomgeving te versterken:
- Ruimtelijke kwaliteit wordt waar mogelijk nog meer verbonden aan andere thema’s zoals verstedelijking, circulaire economie, mobiliteit, circulaire landbouw, energietransitie, klimaatadaptatie, recreatie, meer biodiversiteit, gezond en veilig.
- Daar waar dit complexe opgaven betreft, maakt de provincie gebruik van de provinciaal adviseur Ruimtelijke Kwaliteit. In augustus 2020 is een nieuwe Provinciaal Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit gestart.
- Daarnaast is de provincie betrokken bij landelijke visies en programma’s, zoals de NOVI en de omgevingsagenda) en bij lokale plannen. Op basis van dit beleid adviseert de provincie over ruimtelijke plannen op nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau.
- Ontwerpers van de provincie krijgen een rol bij de diverse ruimtelijke opgaven van de provincie. Daarnaast worden ontwerpers ingezet bij infrastructurele projecten van de provincie. (Infrastructuurbundels vormen vaak barrières tussen stad en land).
- Daarnaast wordt via Ambitie 4 Concurrerend Zuid-Holland, vanuit de opgave Toerisme in balans, een subsidieregeling ingericht om projecten en activiteiten te versterken die bijdragen aan de toeristische aantrekkelijkheid van Zuid-Holland, waaronder toekomstbestendige verblijfsrecreatie.
- We vragen aan initiatiefnemers en gemeenten om behoefte aan nieuwe buitenstedelijke recreatieve ontwikkelingen te onderbouwen en regionaal af te stemmen.
- We ondersteunen specifieke trajecten met eigenaren en mede-overheden naar vitale oplossingen voor complexe vraagstukken op enkele recreatieparken.
- We richten via Ambitie 4 Concurrerend Zuid-Holland, vanuit de opgave Toerisme in balans, een subsidieregeling in om projecten en activiteiten te versterken die bijdragen aan de toeristische aantrekkelijkheid van Zuid-Holland, waaronder toekomstbestendige verblijfsrecreatie.
- We geven richting aan een optimale wisselwerking tussen gewenste ruimtelijke ontwikkelingen en een goede leefomgevingskwaliteit, onder andere met de ‘ladder voor duurzame verstedelijking’ en onze uitgangspunten voor verstedelijking in ons omgevingsbeleid.
- Zuid-Holland bestaat uit verschillende gebieden met elk hun eigen opgaven. Specifieke opgaven ontstaan in interactie met de omgeving. Die specifieke opgaven behoeven elk hun eigen vorm van sturing. De provincie vormt allianties op het schaalniveau van de specifieke opgave. Allianties op verschillende niveaus zijn nodig.
- Samenwerking met partners op lokaal, regionaal, provinciaal en landelijk niveau en waar nodig ook over landsgrenzen heen kijken. Daarbij is er ruimte voor differentiatie: waar mogelijk, en passend binnen het provinciaal omgevingsbeleid, gaan integrale maatwerkoplossingen boven generieke regels. Dat gebeurt alleen als per saldo sprake is van voldoende positieve ontwikkeling.
- Tegelijk zullen we, waar normerend optreden noodzakelijk is, onze wettelijke bevoegdheden en instrumenten inzetten, als bijvoorbeeld zienswijzen en aanwijzingen op bestemmingsplannen. Een actieve rol voor ontwerp in planadvisering en mede-initiëren van nieuwe ideeën, zoals een prijsvraag uitschrijven (dit jaar samen met Rijk en regio EO Weijers prijsvraag Alblasserwaard, volgend jaar een ander gebied).
- Daarnaast beschermen we met ons omgevingsbeleid waardevolle deelgebieden, zoals graslanden, Bollenstreek, cultuurhistorische kroonjuwelen en gebieden met hoge en specifieke natuurwaarden.
- Om groenblauwe elementen binnen het bebouwd gebied te behouden en versterken, werken we samen met gemeenten aan ontwerpprincipes voor de kwaliteit en kwantiteit van deze groenblauwe plekken en maken we ons sterk om natuurinclusief te bouwen.
- We zetten ons samen met de steden in om een fijnmazig sportief en recreatief netwerk te maken van groenblauwe structuren, groenblauwe schoolpleinen, groenblauwe daken, groenblauwe winkelcentra, groenblauwe bedrijfsterreinen en parken.
- Werken we met onze partners aan de uitwerking en realisatie van een robuuste groenblauwe hoofdstructuur tussen onze steden onder de titel Landschapspark Zuidvleugel.
- Voor alle overgangsgebieden van stedelijk gebied naar open landschap willen we belangrijke contrastkwaliteit tussen de dynamiek en dichtheid van de stad en de luwte van de aangrenzende groene ruimte behouden.
- Om flexwonen te agenderen en te bevorderen gaan we in 2021 een programma Flexwonen opstellen.
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Voor het ruimtelijk kwaliteitsbeleid en de vitaliteit van de leefomgeving gaat het om de volgende maatregelen:
- Richtpunten aanpassen waar nodig.
- Beschermingscategorieën actualiseren, waar mogelijk beleidsvelden of thema’s samenvoegen en te beschermen gebieden uitbreiden.
- Een meerjarig thema kiezen, waarbij we ons in 2021 samen met gebiedspartijen erop richten op het landschapspark Zuidvleugel verder te ontwerpen, zodat de achterliggende gedachte ook realiteit wordt.
- Integrale regionale ontwerpateliers organiseren, begeleid / getrokken door een provinciaal ontwerper.
- Regionale opgavekaarten maken, met oog voor landschap.
- Ontwerp en handreiking ruimtelijke kwaliteit gebruiken bij ontwikkeling en uitvoering van provinciale infrastructuurprojecten.
- Gebiedsprofielen aanvullen met voorbeelden voor inpassen, aanpassen en transformeren (indien van toepassing).
- Kennis en expertise inzetten voor kennisontwikkeling en kennisverspreiding voor toekomstbestendige buitenstedelijke recreatieve voorzieningen.
- Pilots steunen en faciliteren, zoals de onderzoekspilot Citta Romana.
- We benutten onze wettelijke bevoegdheden en instrumenten waarmee we ruimtelijke keuzes kunnen maken, om ontwikkelingen mogelijk te maken en ongewenste ontwikkelingen tegen te houden.
- We beschermen met ons omgevingsbeleid het landelijk gebied en een aantal overgangsgebieden tussen stad en land die zijn aangewezen als groene buffer.
- We werken als (kennis)partner samen aan kennisontwikkeling en kennisverspreiding voor bescherming en verdere ontwikkeling van de biodiversiteit, om de juiste maatregelen te treffen om leefgebied te creëren voor de soorten die van nature voorkomen in het stedelijk gebied en de populatieontwikkeling daarmee te behouden en te stimuleren.
- Locaties transformeren, herstructureren en verdichten.
- 3 ha kaart uitwerken.
- We hebben een verbindende positie en treden in overleg met onze partners.
- We hebben kennis van zaken om in te brengen en in netwerken een gezaghebbende rol te spelen.
- We hebben wettelijke bevoegdheden en instrumenten waarmee we keuzes kunnen maken, om ontwikkelingen mogelijk te maken en ongewenste ontwikkelingen tegen te houden.
- De provincie Zuid-Holland werkt actief samen met onder andere gemeenten, waterschappen en maatschappelijke organisaties aan grote gebiedsontwikkelingen die bijdragen aan de realisatie van de provinciale ambities. De inzet van de provincie is altijd integraal en gericht op verschillende maatschappelijke opgaven. Voorbeelden hiervan zijn uitwerking van onder meer het Verstedelijkingsakkoord en de samenwerking met de Verstedelijkingsalliantie, de gebiedsprogramma’s, bijvoorbeeld voor de Hoeksche Waard en de Drechtsteden, gebiedsontwikkelingen, zoals de herontwikkeling van het voormalig vliegveld Valkenburg en de Zuidplaspolder, maar ook de regionale visies voor wonen en kantoren. Diverse van deze samenwerkingen komen terug in andere delen van de begroting.Samen met het Rijk en andere partijen voeren we de acties voor flexwonen uit de Woondeal Zuidelijke Randstad uit. Een van deze acties is een programma opstellen voor de alliantie Flexwonen in kleine kernen.
- Samen met regio’s die hun regionale woonvisie actualiseren, zorgen we ervoor dat in de regionale woonvisie flexwonen voldoende op de agenda staat.
- We bevorderen dat initiatieven voor flexwonenprojecten worden gerealiseerd.
- We monitoren of er gebruik wordt gemaakt van de extra programmaruimte voor initiatieven met ‘flexwoningen’.
Beleidsprestatie 6-2-2 Aanpak klimaatbestendig en natuurinclusief bouwen
Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
De provincie wil zorgen voor een toekomstbestendig ingericht bebouwd gebied dat zorgt voor een prettige, gezonde en veilige leefomgeving. Daarvoor richten wij ons op:
- Samenhangend beleid ontwikkelen, samen met partners, voor toekomstbestendige woon- en leefomgeving die klimaatadaptief, circulair, energieneutraal en natuurinclusief is, als een gezond en veilige bebouwde omgeving in onze steden en dorpen. We verankeren toekomstbestendig bouwen in onze omgevingsvisie en vragen om in ruimtelijke visies en plannen op te nemen hoe ruimtelijke ontwikkelingen zijn toegerust op de gevolgen van klimaatverandering en hoe aan de andere vereisten invulling wordt gegeven.
- Wij ondersteunen en faciliteren pilots die bijdragen aan realisatie van de toekomstbestendige leefomgeving en opschaling van bouwinnovaties voor een circulaire, klimaatneutrale en versnelde invulling van de verstedelijkingsopgave; onder andere via brede publiek-private samenwerkingen zoals het Convenant Klimaatadaptief Bouwen in Zuid-Holland.
- Wij zetten in op verbetering van de relaties tussen stad en het omliggende landschap, en kennis agenderen en delen over vergroening van het bebouwde gebied, en verhoging van de gebruikswaarde van binnenstedelijk groen. Het Lansdschapspark Zuidvleugel geeft op hoofdlijnen richting aan die vergroening. Daarbij heeft de provincie specifiek aandacht voor verbetering van de leefomgeving van inwoners met een lage sociaal-economische status.
- We ondersteunen gemeenten bij de transitie naar aardgasvrije wijken en energiebesparende maatregelen. En betrekken inwoners en stimuleren bewonersinitiatieven om zelf elektriciteit op te wekken.
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
- We zijn trekker en ambassadeur van de publiek-private samenwerking Convenant Klimaatadaptief bouwen en actief in verspreiding van de ontwikkelde kennis, producten en pilots in deze samenwerking.
- We verkennen hoe we de publiek-private samenwerking verder kunnen uitbouwen, met thema’s als natuurinclusief en circulair bouwen.
- We doen mee aan de Duurzame Huizenroute zodat inwoners in hun eigen wijk inspirerende voorbeelden kunnen bekijken.
- Samen met 9 gemeenten werken we aan 10 duurzame wijken.
- Een team transitieadviseurs vanuit de provincie ondersteunt onze gemeenten bij de ontwikkeling van TransitieVisies Warmte.
- We dragen financieel bij aan de energieloketten die voorlichting geven over besparing en duurzame energie en ontwikkelen kennis en tools om de voorlichting te versterken, zoals warmteproposities waarin voor ieder type woning besparingsmogelijkheden zijn opgenomen.
- De provincie neemt het initiatief om de regioprojecten die zijn benoemd in de verkenning Landschapspark Zuidvleugel gezamenlijk uit te werken, om zo een groenblauwe hoofdstructuur te maken om de steden van Zuid-Holland leefbaar te houden.
Beleidsdoel 6-3 Afspraken met regio’s
Beleidsprestatie 6-3-1 Afspraken over wonen en werken in de regio en een passend woningaanbod voor alle doelgroepen
Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
De provincie geeft richting aan een optimale wisselwerking tussen gewenste ruimtelijke ontwikkelingen en een goede leefomgevingskwaliteit. Dit doet zij vanuit haar provinciale belangen. Provinciale belangen komen voort uit wettelijke taken, rijkstaken, Europese verplichtingen en onze eigen provinciale ambities. In de verschillende onderdelen van het omgevingsbeleid worden de specifieke belangen nader uitgewerkt. De belangen zijn de basis voor provinciale meervoudige sturing, die erop gericht is toegevoegde waarde te leveren. De sturing kan variëren van het bieden van ruimte, samenwerken, tot afdwingen van het maken van afspraken.
Zuid-Holland bestaat uit verschillende gebieden met elk hun eigen opgaven. Specifieke opgaven ontstaan in interactie met de omgeving. Die specifieke opgaven behoeven elk hun eigen vorm van sturing. Uitgaand van passend schaalniveau, vormt de provincie allianties op het schaalniveau van de specifieke opgave. Allianties op verschillende niveaus zijn nodig.
- We werken met partners op lokaal, regionaal, provinciaal en landsdeel niveau en kijken waar nodig ook over landsgrenzen heen. Daarbij is er ruimte voor differentiatie: waar mogelijk, en passend binnen het provinciaal omgevingsbeleid, gaan integrale maatwerkoplossingen boven generieke regels. Dat gebeurt alleen als per saldo sprake is van voldoende positieve ontwikkeling. Voorbeelden hiervan zijn de gebiedsprogramma’s, bijvoorbeeld voor de Hoeksche Waard en de Drechtsteden, gebiedsontwikkelingen, zoals de herontwikkeling van het voormalig vliegveld Valkenburg en de Zuidplaspolder, maar ook de regionale visies voor wonen en kantoren. Deze komen elders in deze begroting aan de orde.
- Tegelijkertijd zullen we, waar normerend optreden noodzakelijk is, onze wettelijke bevoegdheden en instrumenten inzetten, zoals zienswijzen en aanwijzingen op bestemmingsplannen.
- Om onze beleidsdoelen op het gebied van arbeidsmigranten te behalen, gaan we in 2021 de met het Programma huisvesting arbeidsmigranten opgedane kennis en ervaring inzetten, en de lessen hieruit meenemen bij de verdere invulling van het (ruimtelijk) beleid voor arbeidsmigranten.
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
- We hebben een verbindende positie en treden in overleg met onze partners.
- We hebben kennis van zaken om in te brengen en in netwerken een gezaghebbende rol te spelen.
- We hebben wettelijke bevoegdheden en instrumenten waarmee we keuzes kunnen maken, om ontwikkelingen mogelijk te maken en ongewenste ontwikkelingen tegen te houden.
- De provincie Zuid-Holland werkt actief samen met onder andere gemeenten, waterschappen en maatschappelijke organisaties aan grote gebiedsontwikkelingen die bijdragen aan de realisatie van de provinciale ambities. De inzet van de provincie is altijd integraal en gericht op verschillende maatschappelijke opgaven. Voorbeelden zijn het gebiedsprogramma Hoeksche Waard, waarbij het behouden en versterken van de vitaliteit centraal staan, Goeree-Overflakkee circulair in 2040, de waterveiligheidsopgave in de Alblasserwaard en de herontwikkeling van het voormalig vliegveld Valkenburg naar (onder andere) woningbouw.
In 2021 gaan wij een conferentie arbeidsmigranten organiseren om de in het Programma huisvesting arbeidsmigranten opgedane kennis en ervaring breed te delen.
- De kennis en ervaring uit het programma én de conferentie arbeidsmigranten en de lessen, die hier uit worden getrokken, gebruiken we voor de verdere invulling van het (ruimtelijk) beleid voor arbeidsmigranten. In het tweede kwartaal van 2021 komen we met eventuele aanbevelingen en beleidsrijke voorstellen.
- We bevorderen dat huisvesting voor arbeidsmigranten wordt opgenomen in de regionale woonvisies.
Als het gaat om de huisvesting van vergunninghouders gaan wij in 2021:
- toezichthouden conform het aanvullende beleidskader huisvesting vergunninghouders 2020;
- bezien in hoeverre wij ons woonbeleid kunnen inzetten om meer woonruimte voor vergunninghouders beschikbaar te krijgen. Daarbij zoeken wij aansluiting bij de beleidsprestatie “betaalbare woningen op peil”.
Voor wat betreft de toepassing van de Huisvestingswet bij het vaststellen van huisvestingsverordening gaan wij:
- met gemeenten die voorbereidingen treffen om een huisvestingsverordening op te stellen in overleg;
- toetsen of de regionale woonvisie, als in een of meer gemeenten in die regio de schaarste aan woonruimte zo groot is dat één of meer gemeenten in de regio voor het bestrijden van onevenwichtige en onrechtvaardige effecten van die schaarste een huisvestingsverordening gebruikt, in voldoende mate ingaat op die schaarste en het woningbouwprogramma dat noodzakelijk is om die schaarste weg te nemen.