In het kader van de Regiodeal Drechtsteden wordt € 1,5 mln (jaarlijks € 0,5 mln in de jaren 2021, 2022 en 2023) bijgedragen aan de bedrijfsverplaatsing van Dolderman. Op de huidige centrum-stedelijke locatie kan en mag de bedrijfsvoering niet worden voortgezet onder meer in verband met geluidshinder. Verplaatsing naar en herontwikkeling van de huidige kavel die op een bestaand bedrijventerrein ligt kent hoge ontwikkel- en herstructureringskosten en onrendabele top. Verplaatsing is van belang, zowel vanuit economisch als verstedelijkingsoogpunt. De huidige centrumlocatie komt beschikbaar voor woningbouw. De bijdrage in de onrendabele top is beperkt.
De uitgaven worden toegevoegd aan doel 4.2. waarvan € 0,5 mln in 2023 en € 0,5 mln storting reserve Bedrijventerreinen in 2021 en 2023.
Dekking ten laste van de middelen in doel 4.1 (jaarlijks € 0,5 mln in de jaren 2021, 2022 en 2023).

Het budget voor het project Groene Cirkels wordt verplaatst van doel 4.1 naar doel 5.2, zodat alle middelen van Groene Cirkels op één plek staan. Het betreft € 0,22 mln jaarlijks in de periode 2020-2023.
Bijdrage aan Doel 5.2.

Als gevolg van een gewijzigde planning en fasering van de uitgaven Greenports wordt € 0,5 mln verplaatst van het jaar 2021 naar het jaar 2023.

Aan het einde van de Europese periode 2014-2020 heeft Zuid-Holland voor het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) een extra subsidieplafond van € 3,3 mln beschikbaar gesteld, verspreid over de periode 2020-2022. Actuele informatie leert dat deze subsidies zeer waarschijnlijk worden gedragen door de EU of andere partners uit het EFRO verband. De provincie behoeft deze eigen middelen in dat geval niet in te zetten. Definitief uitsluitsel hierover volgt echter pas bij de eindafrekening van de huidige Europese subsidieperiode (2020). Tot die tijd moeten deze middelen dus beschikbaar blijven. Daartoe worden de jaarbudgetten nu verlaagd en vloeien terug in de reserve Overcommittering, die hiermee het karakter van een risicoreserve heeft. Het betreft in totaal € 3,3 mln, waarvan € 1,65 mln in 2020, € 1 mln in 2021 en € 0,65 mln in 2022.

Op basis van het verwachte kasritme van de laatste twee EFRO-subsidieverleningen van eind 2019 worden de uitgaven in 2021 en 2022 verhoogd met respectievelijk € 0,2 mln en € 0,3 mln De onttrekkingen aan de reserve EFRO worden in 2021 en 2022 overeenkomstig verhoogd.

Op basis van de laatste Interreg openstelling in de huidige Europese periode (tot en met eind 2020) wordt verwacht dat de fasering doorloopt tot en met 2022. De uitgaven in 2021 en 2022 worden daarom verhoogd met respectievelijk € 0,2 mln en € 0,5 mln. De onttrekkingen aan de reserve Versterking Economie worden in 2021 en 2022 overeenkomstig verhoogd.

In 2022 wordt € 2 mln ter begroting gebracht voor Life Sciences and Health;  het project NECSTGEN (Netherlands Center for the Clinical advancement of Stem Cell & Gene Therapies).
Daarnaast wordt voor de algemene begeleiding van het onderwerp Life Science and Health in de periode 2021- 2023 jaarlijks € 125.000 beschikbaar gesteld.
Dekking vanuit de reserve RegMed XB

De rijksbijdrage 2020 voor MIT (50%; € 6,8 mln) is opgeschort in verband met een lopend onderzoek bij het Rijk. Het betreft hier de wijze waarop de middelen beschikbaar worden gesteld. Het bedrag staat niet ter discussie. Om aan de verplichtingen 2020 (met doorloop naar 2021) voor MIT te kunnen voldoen financiert de provincie de rijksbijdrage 2020 voor uit eigen middelen. Uitgegaan wordt van hogere uitgaven in 2020 van € 4,6 mln en in 2021 van € 2,2 mln. In 2022 en 2023 worden de uitgaven verlaagd met € 2,5 mln en € 4,3 mln.
De voorfinanciering verloopt via de reserve MKB-MIT.

Op basis van actuele informatie over de subsidies voor Hoeksche Waard en Goeree-Overflakkee wordt het kasritme aangepast. De uitgaven in 2021 en 2022 worden verhoogd met € 0,2 mln en € 0,1 mln. De fasering verloopt via de reserve Gebiedsgericht werken.

Het Rijk heeft de fasering van dit landelijke project bijgesteld. De subsidieregeling gaat open in 2021 in plaats van 2020. De uitgaven 2021 worden met € 2 mln verhoogd.
De fasering verloopt via de Algemene reserve.

Op basis van actuele cijfers wordt de fasering van de uitgaven voor ACCEZ (Accelerating Circular Economy Zuid-Holland) enigszins aangepast. Het betreft een verschuiving van € 0,075 mln van 2020 naar 2021, via de reserve Versterking Economie.

Op basis van actuele cijfers wordt het kasritme van de procesgelden voor impulsen economie wat aangepast. Het betreft een verschuiving van € 0,1 mln van 2020 naar 2021, via de reserve Versterking Economie.

In de Voorjaarsnota 2020 zijn de uitgaven voor Fieldlabs van € 1,4 mln verwerkt, om zo in 2020 een substantieel budget te hebben voor coronahulp aan Fieldlabspartijen. Nadere uitwerking leidt tot fasering. Hierbij is in 2021
€ 0,8 mln begroot.
De fasering naar 2020 verloopt via de reserve Versterking economie.

Op grond van nadere uitwerking van de plannen door betrokken partijen wordt de verdeling over de jaren aangepast, onder meer als gevolg van de bouw en ontwikkeling van het zogenoemde hart van het campusterrein en het campusgebouw.
In de najaarsnota is sprake van een verschuiving van € 0,5 mln van 2020 naar 2021, via de reserve Versterking Economie. In de begroting wordt € 1,9 mln verplaatst van het jaar 2021 naar het jaar 2023.

De openstelling van het subsidieplafond voor marktpartijen vindt in het najaar van 2020 plaats. Hierdoor vindt fasering van gesubsidieerde activiteiten plaats van 2020 naar 2021. De uitgaven 2020 zijn daarom verlaagd met
€ 0,17 mln. De uitgaven 2021 worden met € 0,64 mln verhoogd, waarvan € 0,17 mln fasering plafond 2020 en
€ 0,47 mln doorgeschoven lasten plafond 2019.
De fasering vindt plaats via de reserve Versterking Economie.

De uitgaven 2020 voor de subsidieregeling voor het Innovatieprogramma Klimaat en Energie worden gedekt uit doel 4.1 en doel 3.3 (behorend tot Energietransitie). Het gehele budget wordt in doel 4.1 geplaatst, omdat het zwaartepunt bij Ambitie 4 ligt. Daarom wordt het energiebudget 2020 en 2021 (jaarlijks € 0,25 mln) overgeheveld naar doel 4.1
Dekking uit doel 3.3.

Vanuit de rol die de provincie heeft bij het Haven Industrieel Complex worden initiatieven uit het veld beoordeeld om noodzakelijke modernisering en circulariteit te bereiken. Voorgesteld wordt om voor 2021 de geselecteerde initiatieven die het meest aansluiten bij de eigen doelstellingen van de provincie te ondersteunen met € 0,45 mln.
Dekking ten laste van de Algemene reserve.

De afgelopen maanden is de nadere uitwerking van Digitaal Zuid-Holland voldoende gevorderd om nu inhoudelijke projecten te budgetteren. Hiervoor wordt het Transitiebudget nu versneld ingezet. Het betreft € 0,66 mln in 2021,
€ 0,08 mln in 2022 en € 0,33 mln in 2023.
Dekking ten laste van de reserve Versterking Economie.
In de najaarsnota is de fasering van de uitgaven voor Digitaal Zuid-Holland enigszins aangepast. Het betreft een verschuiving van € 0,04 mln van 2020 naar 2021, via de Algemene reserve.

De afgelopen maanden is de nadere uitwerking van Circulair Economie voldoende gevorderd om nu uitgebreider te budgetteren. Hiervoor wordt het Transitiebudget nu versneld ingezet. Het betreft € 0,5 mln in 2021, € 0,75 mln in 2022 en € 0,75 mln in 2023.
Dekking ten laste van de reserve Versterking Economie.
In de najaarsnota is de fasering van de uitgaven voor circulaire economie al aangepast. Het betreft een verschuiving van € 0,15 mln van 2020 naar 2021, via de Algemene reserve.

Uitbreiding arbeidscapaciteit voor 2021.
Dekking ten laste van het begrotingssaldo/algemene reserve

Voor het onderwerp Leerpark Drechtsteden is eerder € 3 mln vrijgemaakt. Nadere uitwerking van de onderliggende plannen leidt ertoe dat de subsidieperiode 5 jaar zal duren in plaats van de eerder opgenomen 10 jaar.
Verschuiving via het begrotingssaldo / Algemene reserve

Voor toelichting zie paragraaf Arbeidscapaciteit.

Door de coronacrisis is het voor pas afgestudeerden of schoolverlaters extra lastig om de eerste ervaring op de arbeidsmarkt op te doen. Via dit project wordt aan werkgevers korting gegeven op de salariskosten voor een eerste jaar ervaring in specifieke branches, zoals bijvoorbeeld de branche Digitalisering / IT. In 2021 wordt € 1,5 mln beschikbaar gesteld.
Dekking vindt in 2021 plaats vanuit bestaand budget human capital (€ 0,15 mln) en ten laste van de algemene middelen (€ 1,35 mln).
In de Najaarsnota 2020 is de fasering van de overige uitgaven human capital aangepast. Het budget 2020 is met
€ 0,75 mln verlaagd. De uitgaven 2021 zijn overeenkomstig verhoogd.
Deze fasering verloopt via de Algemene reserve (€ 0,65 mln) en de reserve Versterking economie (€ 0,1 mln).

De subsidieregeling Energie op bedrijventerreinen (€ 1,5 mln) is in 2020 voor € 0,75 mln ingezet voor coronahulp aan bedrijfsinvesteringszones. Actuele informatie leert dat deze hulp een andere fasering heeft dan geraamd. Het zwaartepunt van de uitgaven ligt in 2021. Ten opzichte van de eerder geraamde fasering leidt dit tot een verlaging van de uitgaven met € 0,04 mln in 2020 en € 0,34 mln in 2022 en een verhoging van de lasten met € 0,38 mln in 2021.
De wijziging van de fasering verloopt via de reserve Versterking Economie.

Voor toelichting zie paragraaf Arbeidscapaciteit.

Op basis van actuele informatie over de fasering van de uitgaven voor erfgoedlijnen, restauraties & herbestemming worden de jaarlijkse ramingen van de uitgaven aangepast. Verwacht wordt dat circa € 0,12 mln in 2021 wordt uitgegeven.
De subsidies voor Kanjerprojecten (€ 3 mln) worden geheel in 2020 verstrekt, maar de uitgaven drukken grotendeels op 2021. Daarom wordt er € 2,2 mln doorgeschoven naar 2021. Het betreft hier grote projecten die vaak langere uitvoeringstermijnen kennen.
De fasering verloopt via de reserve Restauraties en herbestemming.

De start van de uitvoering van het toerismebeleid was voorzien in 2020. Omdat de subsidieregeling per 1 december wordt opengesteld, vinden de uitgaven grotendeels in 2021 plaats. Verwacht wordt dat de sector deze regeling vanwege corona in 2021 geheel zal benutten.
Het betreft een verschuiving van € 0,3 mln van 2020 naar 2021, via de Algemene reserve.

Het nog niet eerder ingezette deel van de coalitiemiddelen voor Erfgoed en Cultuurparticipatie ad € 3,2 mln wordt toegevoegd aan doel 4.3. Voor 2021 t/m 2023 betreft dat jaarlijks € 0,75 mln, waarvan € 0,25 mln voor erfgoed en toerisme, € 0,2 mln voor archeologie (depot) en € 0,3 mln voor cultuurparticpatie. In 2023 komt daar nog € 1 mln bij voor archeologie (depot).
Dekking ten laste van de Algemene reserve.

Samen met gemeente Delft, Erfgoedhuis/monumentenwacht, TU Delft en TU Eindhoven werkt de provincie aan de Erfgoeddeal. Vanuit Cultuur (€ 0,025 mln) en vanuit Energie zijn voor 2020 middelen beschikbaar gesteld. De middelen van cultuur worden hierbij doorgeschoven naar 2021, omdat het project vanwege een lopende fondsaanvraag niet voor de komende tranche (half september), maar voor de 2e ronde 2020 (december 2020 of januari 2021) wordt ingediend. Het project start daarmee in 2021.
Deze fasering verloopt via de Algemene reserve.

Voor het subsidieplafond Groot onderhoud molens komen de aanvragen vóór 1 december 2020 binnen. Omdat als gevolg hiervan de beschikkingen begin 2021 plaatsvinden wordt het desbetreffende deel van het budget ad € 0,5 mln van 2020 naar 2021 overgeheveld.
Deze fasering verloopt via de Algemene reserve.

De afgelopen jaren zijn de boekjaarsubsidies van de ondersteuningsinstellingen niet geïndexeerd. In de najaarsnota zijn de boekjaarsubsidies van de instellingen in 2020 daarom met 3% geindexeerd (€ 0,1 mln). In 2021 wordt de algemene indexering van 1,8% toegepast.
De indexering geldt voor alle ondersteuningsinstellingen, behalve Probiblio. Probiblio heeft een ruime egalisatiereserve opgebouwd en het idee is dat eerst wordt ingeteerd op de reserves voordat geïndexeerd gaat worden. Voor Erfgoedhuis Zuid-Holland, Kunstgebouw, Jeugdtheaterhuis, SEOP, Popunie en Bevrijdingsfestival samen komt de indexering dan voor het jaar 2021 uit op € 0,06 mln.
Dekking ten laste van de stelpost prijscompensatie (Overzicht Algemene middelen en Organisatie)

Voor Publieksbereik Archeologie is in 2020 € 0,07 mln beschikbaar voor projecten. Hiervan kan € 0,055 mln pas in 2021 worden bestemd.
Deze fasering verloopt via de Algemene reserve.

Door de coronacrisis is een aantal zaken bij Cultuurparticipatie vertraagd. Het betreft onder meer landelijke programma’s en subsidieregelingen. De fasering naar 2021 behelst € 0,039 mln en verloopt via de Algemene reserve.

Dit betreft een aanpassing van planning.
Bij Najaarsnota 2020 zijn Provinciale Staten reeds geïnformeerd over het feit dat de bijdrage aan het Eurovisie Songfestival een jaar is opgeschoven. De aanvankelijk toegekende € 1 mln kan daarmee worden ingezet voor het evenement dat in 2021 zal plaatsvinden. Omdat in 2020 € 0,4 mln aan voorschotten is uitbetaald blijft de extra lastneming in 2021 beperkt tot € 0,6 mln. Dekking is ten laste van de provinciale middelen.

Voor toelichting zie paragraaf Arbeidscapaciteit.