Organisatie

Dit betreft een aanpassing van planning.
Bij 1^e Begrotingswijziging 2020 hebben Provinciale Staten ingestemd met een pilot levensfasebewust personeelsbeleid. Het uitgangspunt van levensfasebewust personeelsbeleid is om continu, samen met medewerkers, te zoeken naar verbetering, vernieuwing en duurzame, integrale oplossingen om duurzaam inzetbaar te blijven. Als goed werkgever ondersteunen en faciliteren we medewerkers in alle levensfasen hierin zo goed mogelijk. Een groep medewerkers heeft naar verwachting echter zelf te weinig mogelijkheden om eigen verantwoordelijkheid te nemen als werken een last wordt. Voor deze specifieke groep medewerkers (62+, schalen 1-7 en fysiek en/of mentaal duurzaam beperkt) maken we een pilot voor individueel maatwerk. Voor Begrotingsjaar 2020 is een bedrag van € 0,1 mln beschikbaar gesteld. Voorbereidingen voor de pilot zijn als gevolg van de coronapandemie verschoven naar het einde van het 4e kwartaal 2020, waarna de pilot in 2021 van start kan gaan.
Dekking van de kosten vindt plaats uit het bij najaarsnota doorgeschoven budget uit 2020.

Dit betreft een aanpassing van planning.
De asbestsanering van gebouw C wordt in twee volgtijdelijke delen uitgevoerd. Allereerst worden de binnen en buitenzijde van gebouw C aangepakt. De binnenzijde wordt asbestvrij gemaakt en de buitenzijde wordt asbestveilig gemaakt. Aansluitend worden verwijderde onderdelen van gebouw C opnieuw gemaakt (bijvoorbeeld een nieuw dak). Het eerste deel is medio oktober 2020 gereed. Het tweede deel is naar verwachting in het eerste kwartaal van 2021 gereed. De factuur voor het tweede deel zullen we in 2021 ontvangen. Om die reden is een bedrag van € 2,5 mln doorgeschoven naar 2021. Dekking van de kosten in 2021 is ten laste van de Algemene reserve.

Dit betreft een aanpassing van beleid.
Eind 2014 is in het Georganiseerd Overleg een besluit genomen dat 50% van het budget gedifferentieerd belonen 2014, te weten € 0,6 mln, beschikbaar wordt gesteld om jonge ambtenaren aan te trekken. Dit is daarmee bestuurlijk beklemd. In 2015 is hiervoor de reserve Jonge Ambtenaren ingesteld.
Door het bijzondere karakter van het jaar 2020 vanwege corona is het niet goed mogelijk jonge ambtenaren aan te trekken en te begeleiden. Daarom worden de activiteiten vanaf 2021 verlengd met afronding in begin 2023. Het resterende budget van € 0,3 mln wordt in de exploitatie opgenomen bij beleidsdoel 8 Duurzame Organisatie en beleidsprestatie 8.2 Maatschappelijk betrokken werkgeverschap: divers, inclusief en vitaal.

Dit betreft een aanpassing van beleid.
De reserve Vitaliteit is in 2018 ingesteld met het doel de vitaliteit van ambtenaren te bevorderen. Het budget is destijds ontstaan uit de resterende middelen van gedifferentieerd belonen. Deze reserve wordt met ingang van 1 januari 2021 opgeheven. Door corona zijn dit jaar de uitvoeringsmogelijkheden beperkt gebleken en wordt er daarom verlengd. Het resterende bedrag ad € 0,17 mln wordt vanaf begrotingsjaar 2021 in exploitatie genomen voor de jaren 2021-2023 onder Beleidsdoel Duurzame Organisatie.

Dit betreft een aanpassing van budget.
Een aantal jaren is de indexatie van budgetten achterwege gebleven. Door deze prijscompensatie niet toe te kennen, ontstaat er een tekort op de budgetten voor de facilitaire dienstverlening waaraan contractuele of wettelijke verplichtingen zijn gekoppeld. Ter illustratie: de WOZ-waarde is in 2020 met € 0,05 mln verhoogd als gevolg van een hoger percentage en waardevermeerdering, maar ook cao-verhogingen van externe partijen maken de contracten duurder.
Dekking is ten laste van de stelpost prijscompensatie

Dit betreft een aanpassing van budget.
De provincie is in transitie naar het datagedreven werken en heeft hierop een voorloperspositie. We benutten deze positie om onze beleidsdoelen efficiënter en effectiever te realiseren. We streven ernaar dat dit integraal onderdeel wordt van de ambitieopgaven en we faciliteren het opgavegericht werken door een betere en hoogwaardigere informatievoorziening. Geconstateerd wordt een groei van opdrachten uit de ambitieopgaven. Het bedrag van € 1 mln wordt benut om opdrachten uit te voeren en om deze structurele verandering in onze manier van werken door te zetten en te integreren in ons primair proces.
Dekking is ten laste van de Algemene reserve.

Dit betreft een aanpassing van budget.
Door de verdergaande digitalisering van de organisatie is er een toename van het gebruik van applicaties en een toename van het aantal applicaties. Deze toename leidt tot extra kosten door de groeiende beheercapaciteit, meer kosten voor vervanging en extra kosten, bijvoorbeeld doordat er extra licenties moeten worden afgenomen. Het bedrag wordt o.a. gebruikt om toegenomen beheerlasten op te vangen die het gevolg zijn van de verbeterslag van het HRM-systeem, het nieuwe inkoopsysteem, datagedreven werken en de doorontwikkeling van de financiële - en GEO producten. Dekking is ten laste van de Algemene reserve.

Dit betreft een aanpassing van planning.
Voor de subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Zuid-Hollandse Journalistiek is € 0,3 mln van 2020 naar 2021 doorgeschoven. Daarmee ontstaat er in 2021 voor deze regeling een budget van € 0,7 mln. Aangezien met de regeling invulling wordt gegeven aan provinciaal beleid worden deze middelen naar een beleidsambitie overgeheveld. Omdat de regeling beleidsmatig de meeste raakvlakken kent met beleidsdoel 1-2 Sterke samenleving worden de middelen daar ondergebracht. Per saldo leidt dit tot een afname van de lasten met        € 0,3 mln. Dekking is ten laste van de provinciale middelen.

Dit betreft een aanpassing van budget.
Volgens de financiële regelgeving Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) worden de loonkosten van interne medewerkers die aan investeringsprojecten werken geactiveerd. Bij Najaarsnota 2020 is reeds aangegeven dat het huidige beeld is dat de inzet van interne medewerkers op de investeringen achterblijft bij de begroting als gevolg van hun inzet op beheer. Dit komt onder meer door de transitie naar het datagedreven werken en de toenemende digitalisering bij de provincie.
Beide vragen leiden tot meer beheer. Dit betreft overigens niet uitsluitend de applicaties, gebruikersplatforms en het databeheer, maar is onder meer ook het gevolg van toenemende regelgeving op het gebied van privacy en archivering.

Vanwege die verschoven tijdsinzet worden de te activeren loonkosten verlaagd. Dit vertaalt zich op twee manieren: hogere lasten € 2 mln (exploitatie) en een lager investeringskrediet € 2 mln (zie onderdeel Investeringskredieten binnen de Financiële begroting). Deze bij Najaarsnota 2020 opgevoerde structurele verlaging van het investeringskrediet leidt vanaf 2021 tot lagere kapitaallasten voor de provincie. Dekking ten laste van Algemene reserve.

Dit betreft een aanpassing van beleid en budget.
Tot 2014 waren GS in een aantal gevallen bevoegd gezag voor vuurwerkopslagen. Met een wetswijziging in 2014 is nu primair het college van Burgemeester en Wethouders (B&W) bevoegd voor toezicht op vuurwerkopslagen en verkooppunten. De omgevingsdiensten in Zuid-Holland voeren deze taken in mandaat uit voor de colleges van B&W. In overleg met de directeuren van de omgevingsdiensten wordt de vuurwerk- coördinatietaak nu bij de provincie ondergebracht. De provincie is dan verantwoordelijk voor het aansturen van de vuurwerkcoördinator en de primaire bestuurlijke verantwoording/afstemming. De directeuren van de vijf omgevingsdiensten in Zuid-Holland blijven verantwoordelijk voor de bestuurlijke verantwoording/afstemming voor individuele VTH taken.

Door verschuiving van de investeringen in de tijd wijzigen ook de afschrijvingen, de begrote rentelasten vallen lager uit door onder andere verschuivingen van investeringen en veranderingen van de reservepositie.
Dekking ten gunste begrotingssaldo en daarmee aan de Algemene reserve.